ik keek voor de zekerheid nog maar een keer, maar ook toen zag ik een knotwilg die me aankeek. een treurende knotwilg. huilend. vanuit z'n kruin sijpelde links en rechts regenwater langs de schors naar beneden. de mond minder ver open gesperd dan die op het schilderij de schreeuw van edvard munch, maar nochtans een uitdrukking die in de buurt van verschrikking komt. geen schreeuw misschien, maar wel een uiting van pijn of groot verdriet. de boom zou zo uit een eng sprookje weggelopen kunnen zijn. maar hij staat dus gewoon in de dungense polder, aan de kloosterstraat.
delen via...
- Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend)