het is vrij donker in het noordbrabants museum. ik moet de lichtgevoeligheid van mijn camera instellen 0p 6400 iso, een grote diafragma-opening en een lange sluitertijd. 't is een beetje behelpen, want ik wil per se niet flitsen.
als ik later de resultaten bekijk, realiseer ik me dat ik ze nooit zo had kunnen maken in de tijd waarover de vandaag geopende expositie in het museum gaat: de jaren tachtig, het decennium waarin ik mijn eerste computer kocht (16 kilobyte intern geheugen - in de simpelste iphone zit nu een miljoen keer zoveel) op het moment dat mijn eerste digitale camera nog een jaar of vijftien op zich liet wachten.
pure nostalgie, die expositie. daarmee ook weer een gouden greep van het bossche museum.
feest van herkenning.
binnenkomen met de amsterdamse krakersrellen en daarna langs alle aspecten van het dagelijks leven van toen. het is de periode tussen mijn dertigste en veertigste jaar. er is hier en daar wel wat uitleg, maar op deze dag vertellen de bezoekers elkaar de verhalen en anderen luisteren mee. rookbommen, hanenkammen, spijkerjacks, simpele computerspellen, toppop, doe maar, penny de jager, chriet titulaer... ze komen allemaal voorbij. veel sport ook, maar daar heb ik dan weer niets mee.
het is een expositie waarop je ook zelf het verleden terug gaat roepen. hoe zat dat ook weer met die eerste computer? ik praat erover met verslaggever richard clevers en fotograaf marc bolsius van het brabants dagblad - mijn oud-collega's bij de krant. marc bolsius fotografeert voor het brabants dagblad bezoekers met 'een verhaal over de jaren tachtig'. verhalen die richard clevers dan optekent. ze zijn op zoek naar mensen die iets over hun eigen ervaringen uit de jaren tachtig kunnen vertellen.
waarmee ik affiniteit heb, willen ze weten. als amsterdammer van geboorte spraken de krakersrellen en de schermutselingen rond de kroning van beatrix me aan, ook al woonde ik toen al twintig jaar niet meer in de hoofdstad. of ik toen partij koos, vraagt de verslaggever. "wel zeker", zeg ik, "ik was erg links. ben ik trouwens nog steeds."
marc bolsius troont me mee naar de als me'er verklede pop aan het begin van de tentoonstelling. daar wil hij me fotograferen. voor bij het stukje in de krant van dinsdag.
maar nog meer dan met de amsterdamse rellen heb ik affiniteit met computers, zeg ik - alleen vormen die niet zo'n mooie achtergrond voor een plaatje. ik leg de verslaggever uit dat ik ongeveer in 1983 mijn eerste computer kocht: een atari 600 met 16 kilobyte intern geheugen en een cassettedeck om programma's en gegevens op te slaan (er was voor dit soort computers nog geen diskdrive).
waarom ik daar toen aan begon? ach, de computer was iets volstrekt nieuws en ik was nieuwsgierig. ik leende bij de bibliotheek een boek over programmeren in de computertaal basic en meende na enige studie daarmee wel een programma te kunnen schrijven voor het berekenen van mijn inkomstenbelasting. dan wil je ook de proef op de som kunnen nemen. en zo kwam er een computer van 1.300 gulden en een speciaal cassettedeck van 299 gulden. gigantisch veel geld voor bijna niks. en toen bleek die atari-computer een ander basic-diaclect te spreken dan ik had geleerd. (zo ben ik benieuwd hoeveel andere mensen hebben zitten klooien om uit te vinden hoe je 'character-strings' in atari-basic aan elkaar moest knopen. tegenwoordig kun je zoiets googelen, maar we hebben het hier natuurlijk wel over het tijdperk van voor het internet.)
ik heb het programma overigens draaiend gekregen.
het liep als een tierelier ;-).
delen via...
- Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend)